'Herstel op eigen kracht'
Energy Control Methode

Altijd maar moe en geen energie?

Door de energy control methode kun jij jouw lichaam op eigen kracht weer in balans brengen.

Wat is de energy control methode?

De energy control methode (ECM) is een wetenschappelijke methode, waarbij het autonome zenuwstelsel in balans wordt gebracht door middel van een goede ademhaling, bewegen op het juiste niveau, ontspanning en voeding. Inspanningsdeskundige Stans van der Poel ontwikkelde speciale software die, in combinatie met een hartslagmeter, de ademhaling en de hartslag in beeld brengt. Door middel van een rustmeting en een inspanningstest wordt geanalyseerd welk trainingsschema bij jou past. Door eerst het sympatisch systeem op de juiste manier te activeren en daarna het parasympatisch systeem te laten werken, functioneert het lichaam het best en krijg je structurele verbetering van herstel, verlaging van je stressniveau en heb je ‘controle’ over je energie.

Hoe werkt dat dan?

Ons autonoom zenuwstelsel regelt automatische processen, zoals onder andere de bloeddruk, spijsvertering, opwinding, hartslag, zweten en ademhaling. We hoeven hier niet over na te denken, het lichaam regelt het zelf.  Ook scant het de omgeving af op signalen van gevaar en veiligheid. Dit zenuwstelsel heeft een gaspedaal, het sympatisch systeem, en een rempedaal, het parasympatisch systeem.

Het sympatisch systeem zorgt ervoor dat onze lichaamsfuncties gericht zijn op presteren (de vecht/vlucht-stand). We kunnen snel reageren, zijn alert en hebben veel energie. Kortom, we staan aan.

Het parasympatisch systeem zorgt ervoor dat onze lichaamsfuncties gericht zijn op rust en herstel van onder andere het zenuwstelsel en het immuunsysteem. Het lichaam schakelt af.

De meeste tijd hoort ons parasympatisch systeem actief te zijn en zitten we in de vetverbranding. Moeten we vechten/vluchten, gaan we aan en hebben we snel energie nodig vanuit de suikerverbranding. Een goede beheersing van het gas- en het rempedaal zorgt ervoor dat we goed kunnen functioneren.

Maar geven we teveel gas of lukt het niet goed de rem te gebruiken, hebben we moeite met afschakelen, dan blijft ons lichaam signalen afgeven die het sympatisch systeem actief houden. Als het motortje blijft draaien, ook als je gewoon op de bank zit, zijn de signalen die het lichaam krijgt niet passend bij de activiteit die je op dat moment uitvoert.

  • De ademhaling is te snel of te diep. Wist je dat in rust zittend op een stoel 6-8x ademhalen per minuut voldoende is?
  • De suikerverbranding blijft actief. Wanneer we de hele dag door suikers aan het verbranden zijn, zal onze bloedsuikerspiegel sterk schommelen, met de welbekende suikerdipjes. Je suikervoorraad raakt leeg en je raakt uitgeput. Steeds snakt je lichaam naar nieuwe suikers. Het lichaam went aan deze suikerverbranding en het aanzetten tot vetverbranding wordt steeds moeilijker. En zo wordt de vicieuze cirkel in stand gehouden.

Als je leert je adempatroon te verbeteren en daarmee je ademfrequentie in rust te verlagen, gaat je lichaam over op verbranding van vetten. Deze vorm is veel efficiënter (per kg komt meer energie vrij) en de voorraad in ons lichaam is groot. Door in rust je vetverbranding te stimuleren, blijft je suikerspiegel stabieler, voel je je meer ontspannen en heb je meer energie.

Waardoor ontstaat een disbalans?

Er zijn een heleboel oorzaken waardoor je tijdelijk meer op het gas drukt; Je kunt een drukke periode hebben op het werk, je zorgen maken over je klachten, de zorg dragen over een zieke naaste, een naar gevoel hebben over een ruzie die niet is opgelost. Als je na zo’n periode extra de rem gebruikt, komt het wel goed. Maar blijf je chronisch teveel gas geven of lukt het niet meer om de rem goed te gebruiken, raakt het evenwicht tussen het sympatisch en het parasympatisch systeem verstoord. Bij een overactief sympatisch systeem gaan we bij de minste prikkel ‘aan’, ook wanneer het eigenlijk niet nodig is. Het staat (te) scherp afgesteld.

Ons lichaam komt niet echt tot rust. We gaan wel even zitten, maar in ons hoofd razen de gedachten door. Het lukt niet om goed af te schakelen. Het parasympatisch systeem wordt vrijwel niet in stelling gebracht en we komen nauwelijks tot rust en herstel. Het zenuwstelsel raakt overprikkeld en het immuunsysteem wordt onderdrukt.

Welke klachten kunnen ontstaan?

Als het motortje blijft draaien en er niet op de rem geduwd wordt, ontstaat er disbalans in het lichaam. Dit kan zich uiten door de volgende klachten:

  • Vermoeidheid, uitputting
  • Koude handen/voeten
  • Tintelingen in vingers of gezicht
  • Snel buiten adem bij inspanning, benauwdheid
  • Overmatig zuchten of lucht happen
  • Licht in het hoofd, duizeligheid
  • Concentratieverlies, geheugenverlies
  • Nervositeit, gespannen gevoel
  • Gejaagdheid, prikkelbaar
  • Spierkrampen, spierpijn
  • Hoofdpijn
  • Maag- en darmklachten
  • Hoge bloeddruk
  • Hartkloppingen, hartbonzen
  • Verstoorde nachtrust, niet uitgerust opstaan, snurken

Voor wie is ECM geschikt?

De Energy Control Methode is geschikt voor mensen met chronische vermoeidheid, hyperventilatie, burn-out, stress, diabetes II, herstel na kanker, fibromyalgie, overgewicht en overtrainde sporters. Of gewoon voor mensen die fitter willen worden.

Hoe ziet een Energy Control traject eruit?

Tijdens een intakegesprek vertel je jouw verhaal en krijgen we inzicht in de factoren waardoor je uit balans bent geraakt. Er vinden een aantal metingen plaats, waaronder de saturatiemeting, gewicht, vetmeting en de bloeddruk. Je vult een vragenlijst in om de beginsituatie te ‘meten’. Dan wordt de hartslagband omgedaan en starten we de rustmeting om inzicht te krijgen in je adempatroon, hartslag en de mate van (on)rust in je lichaam. Aansluitend doe je de inspanningstest op een ergobike. Dit is een maximaaltest, waarbij de weerstand steeds iets hoger wordt gezet, totdat je de trappers niet meer rond krijgt. Dit geeft inzicht in het omslagpunt (verzuringspunt) en hieruit worden je persoonlijke trainingszones vastgesteld. Op basis van de analyse van deze twee metingen wordt een persoonlijk rapport samengesteld en een trainingsschema besproken met 3x in de week een duurtraining en dagelijks ademhalingsoefeningen voor de komende 6 weken. Hiermee ga je zelf thuis, of op een sportschool, aan de slag. Iedere week zie ik je in de praktijk voor een rustmeting. Na de 6 weken evalueren we of het nodig is om het traject te verlengen met nog eens 6 weken. Vaak duurt een totaal traject 6, 12 of 18 weken.

Mocht het nodig zijn om je extra te begeleiden in het leren gebruiken van je rempedaal of het verminderen van factoren die jou spanning geven, kun je aanvullende psychosomatische behandelingen inzetten. Wil je meer hulp bij het vinden van een goed voedingsschema werk ik samen met verschillende diëtistes in de buurt.